In de toegankelijkheidsinstellingen van een toets heb je verschillende mogelijkheden die je kunt instellen voor de afname van jouw toets. Zo kun je bepalen in hoeverre leerlingen wel of geen toegang hebben tot de toets, de hulpmiddelen of navigatie tussen de vragen. In dit artikel leggen we alle opties aan je uit!
Navigeer naar toegankelijkheidsinstellingen
- Klik op jouw Schoolnaam.
- Klik op je Programma of zoek je programma met de zoekbalk
- Klik op de toets waarvan je de instellingen wilt wijzigen.
- Ga naar het tabblad Instellingen bovenin.
- Klik aan de linkerkant op Toegankelijkheid.
Toegang
Onder toegang heb je meedere opties, waarbij je instellingen kunt beheren voor de afname van je toets.
- Meerdere pogingen: Wil je dat jouw leerlingen dezelfde toets meer dan ééns kunnen maken? Vink deze optie dan aan.
- Wachtwoord: Door deze optie in te stellen hebben de leerlingen een wachtwoord nodig die ze invullen voordat ze kunnen starten met de toets. Dit zorgt ervoor dat de toets beveiligd wordt en leerlingen zonder wachtwoord de toets niet kunnen maken.
- Beperkte toegang: Tijdens het maken van de toets kunnen leerlingen geen andere toetsen openen. Mogelijk staat er in andere toetsen informatie waarvan je niet wil dat leerlingen daar toegang tot hebben tijdens het maken van deze toets. Dan is deze optie handig!
- Beperkte toegangslocaties: Alleen leerlingen die met hun device op een bepaald IP-adres zjin ingelogd hebben toegang tot de toets. Welke locaties dat zijn, kun je na het aanvinken selecteren. Klik daarna op Bewaar.
Hulpmiddelen
Bij hulpmiddelen kun je instellen welke mogelijkheden de leerlingen hebben tijdens het maken van hun toets. Mogen ze gebruik maken van ondersteuning en welke vorm van ondersteuning? In Woots heb je de volgende mogelijkheden:
- Live Chat: Deze functie zorgt ervoor dat leerlingen tijdens de toets de mogelijkheid hebben om tijdens de toets met hun docent contact op te nemen en vragen te stellen of opmerkingen te delen. (Let op! Dit is een bèta-functie en is momenteel in ontwikkeling).
- Digitaal kladblok: Leerlingen krijgen in de toets een plek waar ze notities kunnen typen gedurende het maken van de toets.
- Spellingscontrole: De getypte tekst van leerlingen wordt tijdens de toets gecontroleerd op spelling, waarbij er een rood lijntje verschijnt als ze een woord verkeerd gespeld hebben en hierdoor makkelijker kunnen schrijven zonder spelfouten.
- Rekenmachine: In het scherm is een knop van een rekenmachine te zien. Op elk moment in de toets kan de leerling hierop klikken en de rekenmachine die verschijnt gebruiken als hulpmiddel. Bij deze optie kies je voor een type rekenmachine: eenvoudig of wiskundig (grafische rekenmachine).
- Feedback: Tijdens de toets kunnen deelnemers feedback krijgen welke je als docent van tevoren kunt instellen.
Navigatie
Hier bepaal je in hoeverre het voor leerlingen mogelijk is om in de toets terug te keren naar vragen of vragen (voorlopig) over te slaan.
- Een richting: Middels deze functie zorg je ervoor dat leerlingen niet terug kunnen naar de vorige vraag of vragen. Als ze de opgave hebben gemaakt, gaan ze naar de volgende opgave en is het niet meer mogelijk om later op de eerdere vraag terug te komen. Binnen de opgave (a, b, c) kan dit nog wel.
- Heropening van flowgroepen weigeren: Nadat deelnemers een flowgroep hebben afgerond en afgesloten, is het niet meer mogelijk om op een later moment terug te keren naar (een vraag in) deze flowgroep
Opmerkingen
0 opmerkingen
U moet u aanmelden om een opmerking te plaatsen.