Het gebruik van automatisch scoren

Automatisch scoren is bedoeld om te worden gebruikt voor vragen met binaire (juiste / onjuiste) antwoordopties waarbij meerdere antwoorden kunnen worden geselecteerd. Onder deze vraagtypen vallen de meerkeuze-, match- en rangschiktypes. In plaats van de punten voor elke optie te definiëren, hoef je alleen aan te geven of deze juist of onjuist is. De score voor de leerling wordt berekend op basis van de fractie van de juiste opties die zijn geselecteerd en de fractie van de onjuiste opties die zijn geselecteerd. De regel biedt een gestandaardiseerde manier om de mogelijkheid te corrigeren dat leerlingen een goede score halen door simpelweg alle opties te selecteren. Als een leerling één antwoord zeker weet, is het met deze regel voordeliger om dat ene antwoord te selecteren dan alle opties te selecteren. De formule van automatisch scoren werkt als volgt:

* Score = verhouding juiste antwoorden * (1 - verhouding onjuiste antwoorden * aftrekfactor)

verhouding juiste antwoorden = aantal juiste opties geselecteerd / aantal juiste opties
verhouding onjuiste antwoorden = aantal onjuiste opties geselecteerd / aantal onjuiste opties
aftrekfactor = (1 / a + (((N-C) / N) * (1-1 / a)))

N = totaal aantal opties
C = aantal onjuiste opties
a = weegfactor (standaard instellen op 2,0)

Automatisch scoren is een alternatief voor het gebruik van negatieve punten voor antwoordopties. Overweeg ter vergelijking een vraag met negatieve punten met twee juiste en twee onjuiste opties. Je zou elke juiste optie 1 punt kunnen geven en elke verkeerde optie min 1 punt. Als een leerling één juiste optie selecteert, scoort hij / zij de helft van het maximale aantal punten. Als hij / zij alle opties raadt of selecteert, scoort de leerling gemiddeld nul punten.
Automatische scoring levert in dit scenario de helft van de punten op als één juiste optie is geselecteerd, maar levert nog steeds een kwart van de punten op als alle opties zijn geselecteerd. Op deze manier maakt de formule van automatisch scoring de score voor deze vraag gelijk aan raden in het geval van een enkelvoudige meerkeuzevraag met één juiste optie en drie onjuiste opties die nul punten scoren. Voor de meeste vraagtypen is het aantal juiste en onjuiste opties duidelijk. Voor een rangschikvraag hebben we besloten dat elk gerangschikt paar zowel als een juiste optie als een onjuiste optie telt. Met 5 rangschikopties, heb je 10 rangschik paren. Dit betekent dat N is 20 en C is 10 voor de formule van automatische scoring.

De optie is ook beschikbaar voor de hotspot match en invulvraag-vraagtypen, maar bij het scoren voor deze vraagtypen wordt de bovenstaande formule niet gebruikt. We vinden de formule niet geschikt omdat je niet kunt besluiten om bij deze vraagtypen het equivalent van 'alle opties selecteren' te doen. Daarom zien we de logica niet in om in dat geval automatisch scoren in te zetten. In plaats daarvan worden de punten gelijkmatig toegekend voor elk mogelijk correct antwoord. Als bijvoorbeeld 2 van de 5 overeenkomsten correct zijn, scoort u 40% op die vraag als automatisch scoren is ingeschakeld. 

*E. Terwisscha van Scheltinga (2009). Van quotiëntregel naar productregel. EXAMENS, 1, 26-27.